Kies een stijl die goed bij je gezicht past.  Niet elke snor zal bij jouw gezicht en haar passen. Kijk goed naar hoe jouw gezichtshaar groeit en waar het het dikst is. Het heeft geen zin om een Fu-manchu-snor te willen als je snor niet dik blijft tot onder je mondhoeken.

·         Om te zien hoe een snor jou staat kun je een foto van jezelf bewerken met een fotobewerkingsprogramma. Plak gewoon een nepsnor op je gezicht en kijk hoe dat eruit ziet. Vraag ook aan familie en vrienden wat zij ervan vinden. En als dat niet lukt kijk je gewoon in de spiegel en probeer je je voor te stellen hoe je eruit ziet met de snor naar keuze.

Probeer een korte snorstijl.  Kortere snorstijlen werken goed bij mannen met dik en donker haar. Deze stijlen komen het best tot hun recht als je veel en dik haar hebt, omdat de stijl en het haar kort is. Probeer een van de volgende korte stijlen:

·         Het potloodsnorretje: smal en dun, deze snor is niet meer dan een schaduw op de bovenlip. Verfijnd en misschien zelfs een beetje dandy. Om er een te trimmen volg je de lijn van je bovenlip met de trimmer, waarbij je voorzichtig de haren tussen je neus en je lip verwijdert, totdat een dun lijntje overblijft. De snor moet stoppen op de hoek van je bovenlip, of iets eronder.

·         De Fu-manchu-snor: deze klassieke snor bestaat uit een dun potloodachtige snor die begint op de bovenlip, maar die doorgaat langs de zijkanten van je gezicht tot aan de kaaklijn, of zelfs nog verder. Als je dit wat wilder en dikker laat groeien heb je een snor die bekend staat als "het hoefijzer".

·         De borstelsnor: de borstelsnor is een relatief eenvoudige snor en eindigt net voor de hoeken van je lip. Om een borstelsnor te trimmen laat je de snor met rust en trim je langs de rechte lijn die vanaf je mondhoeken omhoog loopt. Uiteindelijk krijg je een perfecte rechthoek op je bovenlip. Maak de snor niet te kort, want dan krijg je een Hitlersnorretje.

 

Probeer een langere snorstijl.  Een vollere, mannelijke snor werkt meestal het best met steil, dik haar. Heel dun haar zal wel lang groeien, maar het wordt geen "rommeltje" en dan kunnen er uiteindelijk twee uiteinden over je lip hangen die eruit zien als walrusslagtanden (en dat voelt heel vervelend). Als je het juiste haar hebt, overweeg dan de volgende stijlen:

·         De Engelse snor: een snor in Engelse stijl maakt jou tot een man uit een Victoriaans verhaal. Om deze stijl voor elkaar te krijgen moet je je stoppen met trimmen tot net boven je mondhoek en dan een beetje door laten groeien. Vervolgens neem je wat snorrenvet en krul je de langere haren op de hoek naar boven toe.

·         De walrussnor: de walrussnor is een snor voor mannen die buiten leven, voor jagers en houthakkers. Om een walrussnor te laten groeien trim je alleen maar je wangen en verder niets. Niet trimmen totdat je er helemaal gek van wordt (en dat duurt misschien niet lang). Deze snor is niet voor beginners.

·         De Magnumsnor: dit is de snor van het personage Magnum, gespeeld door Tom Selleck. Deze snor wordt ook wel de pornosnor genoemd. In essentie is het een walrussnor, vol van lip tot neus, maar wel getrimd zodat de snor niet over de lip hangt.

Bovenstaande namen zijn natuurlijk heel grappig, maar uiteindelijk gaat het erom dat je je creativiteit laat gelden en goed kijkt wat jou wel en niet staat. Als het er goed uitziet is er niets mis mee. Probeer combinaties van de volgende stijlen de volgende keer dat je je scheert om te kijken wat werkt. Je kunt het altijd weer afscheren.

·         Geitensikken zijn eigenlijk Fu-manchu-snorren of hoefijzers waarbij de kin ook begroeid is. Je scheert alleen je wangen en onder je nek.

·         Laat de onderkant van je bakkebaarden lang groeien en verbind deze plukken haar met je snor voor een Vaudeville-stijl, alsof je een historisch figuur bent.

·         Neem een rechte snor, een plukje onder je onderlip en een stoppelbaardje om eruit te zien als een werkeloze acteur.

Trim je snor. Sommige snordragers beweren dat het niet nodig is om te trimmen maar waarschijnlijk heeft jouw snor zo nu en dan wel wat onderhoud nodig. Bepaalde snorren vereisen meer onderhoud dan andere, maar je ontkomt waarschijnlijk niet aan een dagelijkse combinatie van wassen, invetten, kammen, trimmen of scheren om je volle snor een mooi en lang leven te geven.

  • Trim je snor met een snorschaar, variërend van een keer per dag tot een keer per week, afhankelijk van je snor. Na een maand wekelijks getrimd te hebben zul je een goed idee hebben van de hoeveelheid te trimmen haar.

Maak er een gewoonte van om je gezicht goed schoon te houden. Probeer je gezicht elke ochtend en avond te reinigen met schuimende reinigingsgel op natuurlijke basis. Zo hou je je huid en snor schoon en heb je een goede basis gelegd voor het in vorm brengen van de snor.

  • Gezichtshaar kan ervoor zorgen dat vet en vuil wordt vastgehouden op je huid. Hierdoor kun je puistjes krijgen. Voor een gezonde huid is het daarom belangrijk om je gezichtshaar schoon en netjes te houden.

Breng je snor in vorm. Bij sommige snorstijlen zul je moeten oefenen en veel snorrenvet nodig hebben, voor andere stijlen heb je alleen maar een kam nodig. Als je een hoefijzer of potloodsnorretje wilt ontwikkelen zul je elke dag moeten kammen, draaien, trimmen en zelfs scheren om de snor er goed uit te laten zien.

  • Nadat je je gezicht hebt gewassen en onder de douche vandaan komt breng je wat snorrenvet met je vinger aan op het midden van je snor. Vervolgens werk je het vet naar de zijkanten toe, totdat de hele snor is ingevet. Gebruik nu een kam om het vet te verdelen over de snor.
  • Gebruik een baardkam om de snor te kammen, die zijn kleiner en fijner dan normale kammen. Breng wat natuurlijke baardolie aan op de tanden van de kam, op die manier vet je de haren goed in en krijg je ze goed op de plaats.
  • Begin met kammen bij de sleuf tussen je neus en bovenlip (het filtrum) en kam dan naar buiten toe naar je mondhoek en naar beneden.

 

 

Bron: http://nl.wikihow.com/Een-snor-laten-groeien